Carbon en Aluminium pijlen maken: Difference between revisions
Line 23: | Line 23: | ||
* G past in pijlen met een interne diameter (ID) van 0.165" of 4 mm. (Ultra-micro diameter) | * G past in pijlen met een interne diameter (ID) van 0.165" of 4 mm. (Ultra-micro diameter) | ||
[[File:EastonMetricDimensions | [[File:EastonMetricDimensions 4000xb.jpg|500px|center]] | ||
Hier in het voorbeeld is het de "EASTON Super Nock". Er wordt meestal een hulpmiddel mee verkocht waarmee je de nokken goed kan aligneren t.o.v. de index veer. Het hulpmiddel past net over de nock. | Hier in het voorbeeld is het de "EASTON Super Nock". Er wordt meestal een hulpmiddel mee verkocht waarmee je de nokken goed kan aligneren t.o.v. de index veer. Het hulpmiddel past net over de nock. |
Latest revision as of 16:12, 24 October 2022
Carbon en Aluminium pijlen maken
Inleiding
Over het algemeen is het maken van carbon of aluminium pijlen veel gemakkelijker dan het maken van houten pijlen omdat ipv het uitzoeken van de juiste spine van de schacht, je bij carbon of aluminium steeds de juiste spine koopt. Dit deel handelt over het correct monteren van de pijl en geldt voor zowel carbon als aluminium pijlen.
De keuze van de lijm
Elke fabrikant gebruikt een ander materiaal voor de carbon van de schachten en raden meestal ook een andere lijm aan om te gebruiken. Lees daarom zeker de gebruiksaanwijzing bij de carbon pijlen. Courante lijmen zijn:
- Zachte smeltlijm: deze lijm smelt bij een lagere temperatuur dan de klassieke hars. Carbon verdraagt namelijk geen hoge temperaturen.
- Harde smeltlijm (ook wel hars genoemd) is zeer geschikt voor het verlijmen van inserts in aluminium schachten.
- 2 componentenlijm: hier is het belangrijk om het juiste type van de fabrikant te gebruiken. De langzaam uithardende lijm (24 uur) is de beste. Goede resultaten met Bison Kombi Snel-Rapide (3148631/02) en Bison Kombi Metaal (3148581/02) voor aluminium schachten.
- Flexibele superlijm zoals bv "Loctite Super Glue Flex Control"
- GoldTip Tip Grip en DragonSpit zouden ook erg goed zijn, echter je dient heel snel je insert in de schacht te drukken omdat de secondenlijm zich echt binnen enkele seconden vast zet. Ik heb al een aantal vrienden zien vloeken met een insert dat nog niet helemaal tot op het einde in de schacht geraakte omdat de lijm zich te snel vast zette.. De harsen hebben het voordeel dat het reversibel is.
Nokken aanbrengen
Nokken komen in verschillende formaten. Easton heeft een eigen benaming voor de diameter van de nokken:
- GT past in pijlen met een interne diameter (ID) van 0.246" voor GoldTip.
- S past in pijlen met een interne diameter (ID) van 0.244" of 6.5 mm. (Standard diameter)
- H past in pijlen met een interne diameter (ID) van 0.233" of 6 mm. (Reduced diameter)
- X past in pijlen met een interne diameter (ID) van 0.204" of 5 mm. (Micro diameter)
- G past in pijlen met een interne diameter (ID) van 0.165" of 4 mm. (Ultra-micro diameter)
Hier in het voorbeeld is het de "EASTON Super Nock". Er wordt meestal een hulpmiddel mee verkocht waarmee je de nokken goed kan aligneren t.o.v. de index veer. Het hulpmiddel past net over de nock.
De nock is op het gedeelte dat in de schacht gaat voorzien van een aantal oneffenheden die er voor zorgen dat nok erg goed vast zit in de schacht... echter, wanneer je nadien de nok verdraaid of er terug uit haalt, zal die de volgende keren niet meer goed vast zitten. Dus aligneer de nok, wanneer je die vervangt, goed met de indexveer en druk die dan met het hulpmiddel aan.
Zorg er voor dat de nock steeds goed aansluit op de schacht.
Een goede alignering van de nok met de as van de pijl is erg belangrijk.
Schachten op lengte zagen
Meet de lengte van de schachten zorgvuldig af. Een handige manier is om een dunnen nagel in een plank te slagen en de nok daar tegen te zetten.. als de nagel dun genoeg is past de nok er mooi rond en is het heel gemakkelijk om de juiste lengte af te meten. Markeer de lengte over heel de omtrek van de pijl.
Carbon is niet onschuldig... draag bij het zagen van carbon steeds een goed stofmasker en werk bij voorkeur buiten waar de wind het stof van je wegblaast... Plaats eventueel een ventilator zodat het stof niet naar jou komt. Een pijlensnijder, zoals bv de Arrow cutter saw van Decut is echt aan te bevelen. Indien die niet voorhanden is, is een Dremel ook te gebruiken, zij het iets omslachtiger, om carbon pijlen in te korten. Gewone zagen, of buizensnijders die je rond een buis moet draaien zijn niet goed. Leg de schachten goed stevig en plat neer. Zorg er voor dat de dremel niet kan wegschieten wanneer je door de buis zaagt..het vraagt wat handigheid maar het resultaat is erg goed.
Na het zagen plaats de schachten vertikaal op een P600 schuurpapiertje om het oppervlak perfect recht te maken door cirkelvormige bewegingen te maken. Dit is nodig opdat de inserts goed zouden aansluiten tegen de schacht. Bekijk het schacht voor en tijdens het schuren en bepaal waar er nog wat afgevlakt dient te worden. Hou de schacht steeds perfect vertikaal tijdens het schuren. Wees voorzichtig met het stof dat gemaakt wordt en vermijd alle contact hiermee.
Schachten zorgvuldig proper maken
- Let op, aceton kan de schacht beschadigen en gebruik enkel aceton bij schachten die dit verdragen. Idem voor MEK (Methyl-Ethyl-Keton). De meeste fabrikanten raden het gebruik van een zeepoplossing aan.
Maak met een wattenstaafje gedoopt in aceton de binnenkant van de schachten volledig proper. Dit is erg belangrijk.. zorg dat er geen stof noch vet achterblijft in de schacht. Breng wat aceton aan op het wattenstaafje en ga goed diep met het wattenstaafje en maak zowel een draaiende beweging met de schacht als met het wattenstaafje.. Maak elke schacht 3x zuiver en gebruik telkens een nieuwe kant van een wattenstaafje.
Je zal versteld staan hoeveel vuil er uit komt.
Blijf dit proces herhalen tot de wattenstaafjes perfect proper blijven. Laat de schachten goed uitdrogen.
Inserts ontvetten
Breng de punten aan in de inserts. De punten zijn meestal bedekt door een olie afkomstig van het fabrikageprocess. Let hier voor op en zorg dat je de inserts steeds met bv. je linker hand neemt en de punten steeds met je rechterhand, dit om te verwijden dat er extra vet op de inserts komt. De inserts dienen altijd goed ontvet te worden. Dit is belangrijk opdat de lijm goed zou kunnen hechten. Bevochtig een doek (bv keukenrol) met een voldoende hoeveelheid aceton en wrijf de inserts proper totdat er geen vuil meer af komt. Leg de inserts op een zuivere plaats (bv keulenrol) en laat ze drogen indien nodig. Raak de inserts niet meer met blote handen aan. Neem ze bij de punt vast zodat er zeker geen vet meer op komt.
Inserts en punten aanbrengen
Neem de punt vast met een tang en verwarm de insert een 6-8 tal tellen in de brander. Hou de insert steeds op dezelfde plaats in de vlam en zorg dat beide kanten even lang verwarm worden. Het puntje van het centrale deel van de vlam is een goed referentiepunt en is tevens het warmste deel van de vlam.
Verwarm nadien de top van de smeltlijm een 2-tal seconden in de brander.
Breng overal een goede laag lijm aan.. werk snel zodat alles goed op temperatuur blijft..
Plaats de punt stevig in de tang geklemd en plaats de punt op een stukje hout. Breng de schacht in een draaiende beweging over de insert. Druk de punt goed aan en laat de lijm koud worden.
Zorg er voor dat de schachten elkaar niet kunnen raken en dat de hars mooi ongestoord kan uitharden.
Na een tijdje is de hars voldoende koud en kan je die met je duim losduwen van de schacht. Dit geeft een mooi en proper resultaat. Soms lees je dat je de overtollige hars met een vochtige doek snel dient af te vegen zo lang die nog vloeibaar is, echter dit geeft geen proper resultaat.. zeker de zachte hars is nadien erg gemakkelijk te verwijderen. Wanneer je de hars afveegt wanneer die nog warm is, smeer je die gedeeltelijk over de schacht en punt uit en zal de stramiet aan de pijl blijven kleven wanneer je er mee schiet.
Schachten ontvetten
Voor het aanbrengen van de veren dien je de schacht goed te ontvetten. Je kan dit doen met een solvent zoals Aceton, methanol, ether, isopropyl alcohol of MEK (MethylEthylKeton). Belangrijk is dat je vooraf nakijkt of het product de schacht niet aantast. Je kan best met het solvent niet tegen de nok komen omdat die er meestal door opgelost worden. Gebruik geen ontsmettingsalcohol omdat die soms olie bevat. Ook dissolvant voor de nagels is niet goed, dat is aceton met olie... Breng een voldoende hoeveelheid solvent (bv Acetone) aan en wrijf goed over het deel van de schacht waar je de veren gaat kleven.
Veren aanbrengen
Veren voorzien van dubbelzijdige tape
Neem per schacht 3 veren, best van 2 or 3 verschillende kleuren.
Als dubbelzijdige tape is de Bohning fletching tape erg goed..
Wanneer je de tape vast neemt, zorg er voor dan je met je vingers de onderkant (klevende kant) van de tape niet aanraakt.. je kan best de tape met de zijkanten tussen duim en wijsvinger houden.
Breng de tape zorgvildig aan op de onderkant van het voetje van de veer. Zorg dat je goed recht blijft. Doe kleine stukjes per keer zodat je niet van het middan afwijkt.
Breng de tape aan over heel de veer.
Wanneer je op het einde best, knip je met een scherp schaartje de tape af.
- TIP: om sneller te werken, voorzie eerst alle veren van dubbelzijdige tape en kleeft ze direct na elkaar, zonder ze eerst los te knippen. Dit versnelt het process. Nadien knip je netjes de tape door tussen de veren. Belangrijk, wanneer je de veren voorzien van tape in de verenhouder plaatst, wrijf, met bv de achterkant van een schaartje, de tape goed vast op de veer zodat deze goed houdt.
Schacht in verenplakker plaatsen
Plaats de schacht in de verenplakker. Zorg ervoor dat het lijntje op de nok overeen komt met het lijntje op de verenplakken. Dit is de plaats van de index-veer. De meeste verenplakkers hebben één of ander systeem om de indexveer aan te duiden. Controleer of de alignering van de verenplakker goed is. Maak een bewuste keuze of je je veren recht, geschrankt, of helicoidaal wil plaatsen. De veren recht is het beste voor doelschieten. Een beetje ofset mag, maar zorg er dan voor dat dit volgens de regels van kunst bebeurt zoals beschreven in het hoofdstuk over de veren.
Zorg dat er minstens 25 tot 38 mm is tussen het uiteinde van de nok en de plaats waar de veer start. Op die manier heb je voldoende ruimte voor je vingers bij de los. Indien je de veren te dicht bij de nok plaatst zullen je vingers tijdens de los de veren raken en de pijl doen afwijken.
Voor een overzicht hoe je de veren (Left Wing / Right Wing) dient te plaatsen verwijs ik naar onderstaande tabel.
Beschrijving | Left wing | Right wing |
---|---|---|
Positie voetje van veer (bekeken vanuit de nok) | Voetje van de veer is aan de rechter kant | Voetje van de veer is aan de linker kant |
Benaming van de veer in België | Rechtse veer | Linkse veer |
Vleugel | Linker vleugel | Rechter vleugel |
Plaatsing in offset (bekeken vanuit de nok) (1°-3°) | Frontaal deel van de veer naar links t.o.v. midden van de schacht. Gebruik enkel de rechte klem van de fletching jig. | Frontaal deel van de veer naar rechts t.o.v. midden van de schacht. Gebruik enkel de rechte klem van de fletching jig. |
Plaatsing in helical (bekeken vanuit de nok) (1°-3°) | Frontaal deel van de veer naar links t.o.v. midden van de schacht. Gebruik enkel de fletching jig waar LH op staat. | Frontaal deel van de veer naar rechts t.o.v. midden van de schacht. Gebruik enkel de fletching jig waar RH op staat. |
Rotatie van de pijl zoals bekeken vanuit de nok van de pijl. | Tegenwijzerszin (counterclockwise) | Wijzerszin (clockwise) |
Veer in verenplakken plaatsen en aanbrengen op schacht
Wanneer je de veer in de klem van de verenplakker plaatst, zorg ervoor dat je steeds exact dezelfde positie neemt. Wrijf met de botte kant van een schaartje over de tape zodat die vaster op de veer gedrukt wordt. Dit zorgt er tevens ook voor dat de veer gelijkmatig in de verenplakker zit. Haal de beschermfolie van de dubbelzijdige tape van de veer en zet de klem met de veer in de verenplakker. Zorg ervoor dat de alignering goed is. Dwz. plaats de klem steeds aan de onderkant van de verenplakker.
De eerste veer (met het streepje op de verenplakker bovenaan) is de indexveer.
De andere veren volgen. Draai telkens de verenplakker een stap verder en herhaal de procedure.
Veren beschermen door het aanbrengen van een klein duppeltje lijm
Op alle veren wordt bovenaan en onderaan een druppeltje lijm gelegd zodat ze niet gemakkelijk kunnen loskomen wanneer ze bv onder het gras gaan of wanneer er een andere pijl langs gaat. De druppel op de foto lijkt groot, maar na het opdrogen blijft er bijna niets meer van over.
Hang de pijl vertikaal op en laat de lijm drogen. De pijl is na het drogen klaar voor gebruikt. Ik maak graag gebruik van een metalen kapstok om de pijlen aan te laten drogen. Wanneer de onderste draad niet dik genoeg is doe ik er in de lengte een dun laagje tape over.
Meet het totale pijlgewicht
Het is belangrijk je totale pijlgewicht te kennen. Dit dient namelijk afgestemd te zijn op de kracht van je boog. De fabrikant van je boog zal je vertellen welk pijlgewicht hij aanraadt. Hoe lichter de pijl, hoe dichter die bij een "dry fire" komt. 8x - 10x het booggewicht in grains is een goed startpunt. Vanaf 7x wordt het al belastend voor de boog en raad ik af. De boog zal dan ook veel meer geluid beginnen maken.
Neem het trekgewicht op je treklengte. Bv. Wanneer je treklengte langer is dan 28" dien je het trekgewicht te meten op jouw treklengte.
Pijlgewicht in grains | ||
---|---|---|
Boog-/trek-gewicht | Minimum (8x) | Ideaal (10x) |
30 | 240 | 300 |
35 | 280 | 350 |
40 | 320 | 400 |
45 | 360 | 450 |
50 | 400 | 500 |
Twee voorbeelden:
- Easton Flatline 400, 125 grains punt, 3x 4" veren: 396.0 grains
- Gold top Traditional 7795, 125 grains punt, 3x 4" veren: 518.2 grains